Schrif­te­lijke vragen Straat­ver­lichting in de Ecolo­gische Tuin


Indiendatum: 8 dec. 2023

Geacht college,

Aan de Prins Hendrikstraat in het Spijkerkwartier ligt de Ecologische Tuin. In deze tuin staan drie lantaarnpalen. Na de herinrichting van de Prins Hendrikstraat zuid zouden deze lantaarns worden vervangen. Sommige bewoners hebben gevraagd om deze verlichting niet terug te plaatsen. Dat heeft veel voordelen, minder lichtvervuiling, energieverbruik en materiaalkosten. Vooral voor de nachtdieren is het een grote vooruitgang. De veiligheid zou volgens voorstanders voldoende zijn gewaarborgd doordat de tuin ’s nachts met een hek is afgesloten.

De bewoners wijzen ons op een peiling die ze hebben gedaan. Daarbij zouden 48 bewoners aangeven akkoord te gaan met het verwijderen van de lantaarns en 4 dat zij bezwaar hebben. Naar aanleiding hiervan is een proef gedaan waarbij de lantaarns een periode uit hebben gestaan, zover wij weten hebben zich hierdoor geen onveilige situaties voorgedaan. Toch is er na de proef besloten de lantaarns weer aan te zetten omdat niet alle bewoners instemmen met de verandering.


Wij willen graag meer duidelijkheid over de situatie en het proces, daarom heeft de Partij voor de Dieren de volgende vragen:

1. Herkent het college de situatie zoals deze door bewoners bij ons is geschetst?

Ja, wij kennen de wens van een aantal bewoners om geen verlichting terug te plaatsen in de ecologische tuin. Om te testen wat hierop de reacties zouden zijn hebben we de lantaarns tijdelijk uitgeschakeld. Dit was geen formele proef maar een testperiode om te kijken wat dit in de praktijk zou betekenen. Tijdens de testperiode hebben we meldingen ontvangen van bewoners die zich niet veilig voelden. Daarom is de verlichting na de testperiode weer aangezet.Hoe de peiling onder de bewoners door de initiatiefnemers is uitgevoerd en wat de exacte uitslag hiervan is, was bij ons niet bekend. Wij hebben alleen een lijst met de voorstanders ontvangen.

2. Zijn er aan het begin van de proef, waarbij de lantaarns tijdelijk worden uitgezet, afspraken gemaakt over mogelijke uitkomsten en de gevolgen hiervan?

Nee, hierover zijn geen afspraken gemaakt. Zoals hierboven aangegeven was er geen sprake van een formele proef maar van een testperiode. We hebben aangegeven dat we alleen gehoor konden geven aan het verzoek om de lampen weg te halen als alle betrokkenen daarmee zouden instemmen.

3. Hoe wordt de uitkomst van een dergelijke proef geëvalueerd?

Er heeft geen evaluatie plaatsgevonden omdat het geen formele proef van de gemeente betrof.

4. Op welke manier is de impact van de verlichting op de veiligheid geïnventariseerd?

Er heeft geen andere inventarisatie plaatsgevonden dan de door de bewoners uitgevoerde peiling en de reacties die we tijdens de testperiode hebben ontvangen.5. Is er gesproken over andere oplossingen om op deze plek het veiligheidsgevoel te vergroten?Nee, hierover heeft nog geen verder gesprek plaatsgevonden.

6. Welke vervolgstappen is de gemeente van plan te nemen om te komen tot een breedgedragen oplossing?

We stellen voor om met de betrokkenen te overleggen of een vorm van dynamische verlichting eencompromis kan zijn om tegemoet te komen aan de wens tot minder verlichting en behoud van een veilig gevoel. Er is sprake van dynamische verlichting in situaties waar het niveau van de verlichtingssterkte(en eventueel de kleurtemperatuur) wordt aangepast op basis van een of meerdere factoren. Deze factoren zijn bijvoorbeeld tijd, beweging of omgevingslicht. Dit wordt ook langs enkele fietspaden inArnhem bij natuurgebieden toegepast.

7. Zijn er richtlijnen voor hoe veel bewoners instemmen met aanpassingen van de openbare ruimte voordat het door kan gaan?

Nee, dit is afhankelijk van de aard en impact van de gewenste aanpassingen en hoe deze zich verhouden tot wettelijke kaders en/of gemeentelijk beleid. We blijven als gemeente altijd verantwoordelijk voor de openbare ruimte en nemen uiteindelijk de besluiten. Hierbij worden de verschillende belangen afgewogen.

8. Is het college het met ons eens dat het wenselijk is terughoudend om te gaan met straatverlichting op plekken met een hoge biodiversiteit?

In de groenvisie is beleid opgenomen om terughoudend te zijn met verlichting in parken en natuurgebieden. In dit geval betreft het echter een relatief kleine binnentuin in een woongebied. Voor dergelijke plekken hebben we geen specifiek beleid om terughoudend te zijn met straatverlichting.

9. Zo ja, is het college bereid om op meer plekken in gesprek te gaan over de noodzaak van bestaande straatverlichting?

Bij ons verlichtingsbeleid gaan we uit van de richtlijnen van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV). Deze richten zich op aspecten als verkeersveiligheid en sociale veiligheid.Daarnaast hebben we specifiek beleid voor parken en natuurgebieden opgenomen in de groenvisie. Op dit moment zijn er geen plannen om op andere plaatsen hierover in gesprek te gaan. Indien er op plekken specifieke wensen zijn, zijn we bereid hiernaar te kijken. Hierbij zullen altijd verschillende belangen afgewogen moeten worden. In het kader van een gezonde leefomgeving zal het Arnhemse lichtbeleid nader bekeken gaan worden. Uitgangspunt daarbij zal zijn


Met vriendelijke groet,

Floor Hogenhout
Partij voor de Dieren Arnhem

Indiendatum: 8 dec. 2023
Antwoorddatum: 16 jan. 2024

1. Herkent het college de situatie zoals deze door bewoners bij ons is geschetst?

Ja, wij kennen de wens van een aantal bewoners om geen verlichting terug te plaatsen in de ecologische tuin. Om te testen wat hierop de reacties zouden zijn hebben we de lantaarns tijdelijk uitgeschakeld. Dit was geen formele proef maar een testperiode om te kijken wat dit in de praktijk zou betekenen. Tijdens de testperiode hebben we meldingen ontvangen van bewoners die zich niet veilig voelden. Daarom is de verlichting na de testperiode weer aangezet.Hoe de peiling onder de bewoners door de initiatiefnemers is uitgevoerd en wat de exacte uitslag hiervan is, was bij ons niet bekend. Wij hebben alleen een lijst met de voorstanders ontvangen.

2. Zijn er aan het begin van de proef, waarbij de lantaarns tijdelijk worden uitgezet, afspraken gemaakt over mogelijke uitkomsten en de gevolgen hiervan?

Nee, hierover zijn geen afspraken gemaakt. Zoals hierboven aangegeven was er geen sprake van een formele proef maar van een testperiode. We hebben aangegeven dat we alleen gehoor konden geven aan het verzoek om de lampen weg te halen als alle betrokkenen daarmee zouden instemmen.

3. Hoe wordt de uitkomst van een dergelijke proef geëvalueerd?

Er heeft geen evaluatie plaatsgevonden omdat het geen formele proef van de gemeente betrof.

4. Op welke manier is de impact van de verlichting op de veiligheid geïnventariseerd?

Er heeft geen andere inventarisatie plaatsgevonden dan de door de bewoners uitgevoerde peiling en de reacties die we tijdens de testperiode hebben ontvangen.5. Is er gesproken over andere oplossingen om op deze plek het veiligheidsgevoel te vergroten?Nee, hierover heeft nog geen verder gesprek plaatsgevonden.

6. Welke vervolgstappen is de gemeente van plan te nemen om te komen tot een breedgedragen oplossing?

We stellen voor om met de betrokkenen te overleggen of een vorm van dynamische verlichting eencompromis kan zijn om tegemoet te komen aan de wens tot minder verlichting en behoud van een veilig gevoel. Er is sprake van dynamische verlichting in situaties waar het niveau van de verlichtingssterkte(en eventueel de kleurtemperatuur) wordt aangepast op basis van een of meerdere factoren. Deze factoren zijn bijvoorbeeld tijd, beweging of omgevingslicht. Dit wordt ook langs enkele fietspaden inArnhem bij natuurgebieden toegepast.

7. Zijn er richtlijnen voor hoe veel bewoners instemmen met aanpassingen van de openbare ruimte voordat het door kan gaan?

Nee, dit is afhankelijk van de aard en impact van de gewenste aanpassingen en hoe deze zich verhouden tot wettelijke kaders en/of gemeentelijk beleid. We blijven als gemeente altijd verantwoordelijk voor de openbare ruimte en nemen uiteindelijk de besluiten. Hierbij worden de verschillende belangen afgewogen.

8. Is het college het met ons eens dat het wenselijk is terughoudend om te gaan met straatverlichting op plekken met een hoge biodiversiteit?

In de groenvisie is beleid opgenomen om terughoudend te zijn met verlichting in parken en natuurgebieden. In dit geval betreft het echter een relatief kleine binnentuin in een woongebied. Voor dergelijke plekken hebben we geen specifiek beleid om terughoudend te zijn met straatverlichting.

9. Zo ja, is het college bereid om op meer plekken in gesprek te gaan over de noodzaak van bestaande straatverlichting?

Bij ons verlichtingsbeleid gaan we uit van de richtlijnen van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV). Deze richten zich op aspecten als verkeersveiligheid en sociale veiligheid.Daarnaast hebben we specifiek beleid voor parken en natuurgebieden opgenomen in de groenvisie. Op dit moment zijn er geen plannen om op andere plaatsen hierover in gesprek te gaan. Indien er op plekken specifieke wensen zijn, zijn we bereid hiernaar te kijken. Hierbij zullen altijd verschillende belangen afgewogen moeten worden. In het kader van een gezonde leefomgeving zal het Arnhemse lichtbeleid nader bekeken gaan worden. Uitgangspunt daarbij zal zijn: donker waar het kan, licht waar het moet, veiligheid staat voorop.

Interessant voor jou

Mondelinge vragen ‘vuurwerkverbod is feitelijke leugen’

Lees verder

Schriftelijke vragen Gebruik van gemeentegrond door particulieren of bedrijven

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer